Algemene radiofuncties
Wanneer de radio is ingeschakeld:
• Als u de radio wilt uitschakelen, selecteert u
Opties
>
Uitschakelen
.
• Als u de gevonden radiozender wilt opslaan, selecteert u
Opties
>
Kanaal opslaan
. Zie Een radiozender instellen op pagina 83. U kunt
maximaal 20 radiozenders opslaan.
• Als u gebruik van de visuele radio wilt instellen, selecteert u
Opties
>
Visual Radio
. Sommige radiozenders kunnen informatie in tekstvorm
of grafische vorm verzenden die u kunt bekijken met behulp van de
visuele radio.
• Als u de opties voor de visuele radio wilt selecteren, selecteert u
Opties
>
Visual Radio-inst.
. Als u wilt instellen dat de visuele radio
automatisch wordt gestart wanneer u de radio inschakelt, selecteert
u
Visuele dienst inschakelen
>
Automatisch
.
• Als u de lijst met opgeslagen zenders wilt openen, selecteert u
Opties
>
Kanalen
. Als u een zender wilt verwijderen of een andere
naam wilt geven, of als u de ID voor een visuele–radiozender wilt
invoeren, gaat u naar de gewenste zender en selecteert u
Opties
>
Kanaal verwijderen
,
Naam wijzigen
of
ID visuele dienst
.
• Als u de radio wilt beluisteren in mono of in stereo, selecteert u
Opties
>
Mono
of
Stereo
.
• Als u de frequentie van de gewenste radiozender wilt invoeren,
selecteert u
Opties
>
Kies frequentie
.
• Als u via de luidspreker of de hoofdtelefoon naar de radio wilt
luisteren, selecteert u
Opties
>
Luidspreker
of
Hoofdtelefoon
. Laat de
hoofdtelefoon aangesloten op de telefoon. Het snoer van de
hoofdtelefoon fungeert als antenne van de radio.
Terwijl u naar de radio luistert, kunt u gewoon bellen of een inkomende
oproep beantwoorden. Het volume van de radio wordt dan
uitgeschakeld.
M e n u f u n c t i e s
85
Wanneer een toepassing die gebruikmaakt van een (E)GPRS– of
HSCSD-verbinding bezig is met het verzenden of ontvangen van
gegevens, kan dit de radio–ontvangst storen.